Het is lente, en daarmee is het hooiseizoen ingezet. In Duitsland sterven jaarlijks 100.000 reekalveren een gruwelijke dood als ze ten prooi vallen aan de maaidorsers. In een poging om het probleem op te lossen, worden in Beieren vanaf deze maand drones ingezet: die spotten de jonge herten die zich in het hoge gras schuilhouden en geven hun locatie door aan de landbouwers.
Herten hebben een efficiënt systeem om hun kalfjes te beschermen tegen roofdieren. Ze verstoppen ze op velden in het hoge gras, vlakbij de rand van een bos. Omdat de reekalfjes nog geen reukvermogen hebben, blijven ze instinctief zitten waar ze achtergelaten zijn.
Eén probleem echter: de periode wanneer de herten hun jonge telgen achterlaten, valt vaak samen met het maaiseizoen. En omdat het voor landbouwers moeilijk is de diertjes op te merken in het hoge gras, leidt dat tot verschrikkelijke ongevallen. Jaarlijks worden in Duitsland ongeveer 100.000 reekalfjes versnipperd door de zware landbouwmachines.
“Traumatisch”
“Dat is traumatisch voor de landbouwers en de bestuurders van de machines. Bovendien wordt het hooi, dat gebruikt wordt als veevoeder, besmeurd met versnipperde hertenresten”, zegt Rolf Stockum, woordvoerder van een proefproject dat deze maand gestart is in Beieren, in The Guardian.
Daarbij worden vijf kleine drones ingezet om herten in het gras te spotten. Ze zijn uitgerust met digitale en infraroodsensoren die kleurpatronen en lichaamswarmte kunnen detecteren. Wanneer de locaties van de reekalveren bepaald zijn, worden die via radiosignalen uitgezonden. Op die manier kunnen de landbouwers de diertjes op hun maaironde ontwijken.
In het verleden voerden landbouwers al visuele inspecties uit en zetten ze getrainde honden en manuele infraroodtoestellen in. Maar gecoördineerde campagnes met drones kunnen veel grotere gebieden uitkammen en meer nauwkeurige gegevens opleveren, zegt Stockum, en dus veel meer hertenlevens redden. Het landbouwministerie ondersteunt het project met 2,5 miljoen euro.